Arbeidsmarkt domineert rentebeleid Fed

Alle ogen gericht op de banencijfers

De speech van Fed-voorzitter Jerome Powell op de onlangs gehouden Jackson Hole conferentie werd op de financiële markten positief ontvangen. Jerome Powell maakte onderscheid tussen enerzijds de afbouw van het opkoopprogramma en anderzijds de verhoging van de beleidsrente. Na afbouw van het opkoopprogramma volgt niet noodzakelijkerwijs direct een verhoging van de beleidsrente. Afbouw van het opkoopprogramma vindt plaats zodra sprake is van “substantial further progress” ten opzichte van eind vorig jaar. Dat stadium is wel bereikt, waardoor het voor de hand ligt dat nog dit jaar met de afbouw van het opkoopprogramma gestart zal worden. Verhoging van de beleidsrente vindt pas plaats zodra “maximale werkgelegenheid” bereikt is. Over de inflatieontwikkelingen lijken de bankiers zich geen zorgen te maken. Hoewel Jerome Powell aangaf dat er vooruitgang was met de werkgelegenheid, benadrukte hij dat het op dat moment geldende werkloosheidspercentage van 5,4% een onderschatting van de werkelijke werkloosheid is. In een voetnoot bij de speech refereerde hij aan het feit dat het werkloosheidspercentage 7,8% bedraagt zodra het werkloosheidspercentage van 5,4% gecorrigeerd wordt voor “misclassification errors” en de afgenomen arbeidsmarktparticipatie. Alle ogen waren afgelopen week dan ook gericht op de Amerikaanse arbeidsmarktcijfers.

Baancreatie valt tegen

De Amerikaanse arbeidsmarktdata behoren tot de meest gevolgde economische cijfers. Een sterk of zwak arbeidsmarktrapport zet de financiële markten in beweging, zeker nu ook de Fed daar veel waarde aan hecht. Vooral de non-farm payrolls zijn een belangrijke indicator. Dit is de belangrijkste maatstaf voor de baancreatie in de Amerikaanse economie. De baancreatie in augustus viel echter fors tegen. Zo kwamen er slechts 235 duizend banen bij, het laagste aantal van de afgelopen zeven maanden. Dit is daarnaast aanzienlijk lager dan de consensusverwachting van 733 duizend. Dit kwam voor een belangrijk deel door een daling van banen in onder andere de horeca- en vrijetijdssector als gevolg van de opleving van het coronavirus, maar ook door schaarste van bepaalde kwalificaties. Wel werd de baancreatie van de maand ervoor opwaarts bijgesteld van 943 duizend naar 1,053 miljoen. Er zijn echter nog steeds 5,3 miljoen banen minder dan voor de coronacrisis.

Werkloosheid loopt terug

De werkloosheid daalde conform verwachting ondanks dat de baancreatie ver achterbleef bij de verwachtingen. Het percentage mensen van de Amerikaanse beroepsbevolking zonder werk daalde van 5,4% naar 5,2%. Sinds de piek van bijna 15% april vorig jaar heeft de werkloosheid een gestage daling ingezet. Wel ligt de werkloosheid nog altijd een stuk hoger dan 3,5%, het werkloosheidspercentage net voor de coronacrisis. Een aantal factoren vertekent het werkloosheidspercentage. Ten eerste ligt de arbeidsparticipatie een stuk lager dan in het verleden. De participatiegraad ligt onder de 62%. Voor de coronacrisis schommelde deze geruime tijd rond de 63% en voor de financiële crisis lag die zelfs rond de 66%-67%. Een andere factor is dat mensen mogelijk minder werken dan ze zouden willen. De zogenaamde underemployment rate, die daar wel rekening mee houdt, ligt met 8,8% dan ook beduidend hoger dan het officiële werkloosheidscijfer. Ook deze maatstaf is hard gedaald sinds deze april vorig jaar piekte op bijna 24%. Net voor deze coronacrisis lag dit percentage onder de 7%. Er moet dus nog wel aardig wat gebeuren om op de werkloosheidspercentages van voor de coronacrisis terecht te komen. De uitdaging zit hem daarbij ook in het matchen van de werklozen met de benodigde kwalificaties van de moeilijk te vervullen vacatures.

Amerikaanse lonen lopen op

De tegenvallende baancreatie zal de Fed er waarschijnlijk niet van weerhouden om later dit jaar met de afbouw van het opkoopprogramma te starten. Verhoging van de beleidsrente lijkt echter nog ver weg. De hoge inflatiecijfers baren de Fed weinig zorgen. Zij zien dit als een tijdelijk fenomeen. Een sterke loongroei kan de inflatierisico’s echter wel verhogen. Zeker nu de consumentenprijzen oplopen en het lastig is om vacatures te vervullen, wordt de roep om hogere lonen steeds luider. Zo kondigde bijvoorbeeld Walmart afgelopen week aan om de uurlonen van 565 duizend winkelmedewerkers te verhogen. De Amerikaanse gemiddelde (nominale) uurlonen stegen in augustus met 0,6% harder dan verwacht. Jaar-op-jaar liep de loonstijging op van 4,1% naar 4,3%. Hiermee blijft de loongroei nog wel achter bij de inflatie (CPI) van 5,4% jaar-op-jaar. Gegeven de inflatiedruk en de schaarste van de bepaalde kwalificaties lijkt het een kwestie van tijd dat de lonen verder zullen stijgen. Voor de Fed is het dan niet te hopen dat deze lonen te hard oplopen, dan zou inflatie toch nog wel eens voor problemen kunnen gaan zorgen.


“The timing and pace of the coming reduction in asset purchases will not be intended to carry a direct signal regarding the timing of interest rate liftoff, for which we have articulated a different and substantially more stringent test.”

Fed-president Jerome Powell

Amerikaanse baancreatie valt tegen

Bron: Bloomberg, Achmea IM

Amerikaanse werkloosheid loopt terug

Bron: Bloomberg, Achmea IM

Amerikaanse lonen lopen op

Bron: Bloomberg, Achmea IM

image
image
image

Deel deze pagina