Forse koersdalingen

Aandelen onderuit

De hawkish toon van de ECB en de oplopende Amerikaanse inflatie zorgden voor sterke koersdalingen van aandelen. Wereldwijde aandelen eindigden de week met een verlies van 3,8% in lokale valuta. Hierdoor naderen wereldwijde aandelen de laagste koersniveaus van dit jaar. Regionaal waren er wel de nodige verschillen. Zo eindigden Japanse aandelen de week wel in de plus. Deze aandelen profiteerden van de verdere verzwakking van de Japanse yen. Ook aandelen uit de opkomende markten eindigden de week in de plus. Dit kwam geheel voor rekening van Chinese aandelen. Deze eindigden de week met een winst van 6%. Deze aandelen profiteerden van een versoepeling van de coronamaatregelen, van een mogelijk einde van het harde optreden tegen internetgiganten en van de (verwachte) monetaire stimulansen.

Aandelen naderen low van het jaar

Bron: Bloomberg, Achmea IM

Verschil Italiaanse en Duitse 10-jaarsrente loopt op

Bron: Bloomberg, Achmea IM

Kapitaalmarktrentes lopen sterk op

Rentes liepen wereldwijd hard op. Vooral op de kortere looptijden, waardoor de rentetermijnstructuren vervlakten. De Amerikaanse 2-jaarsrente steeg met meer dan 40 basispunten tot boven de 3%. De Amerikaanse 10-jaarsrente steeg weliswaar minder hard, maar eindigde met 3,15% wel op het hoogste niveau sinds 2018. De Duitse 2-jaarsrente steeg met 30 basispunten, waardoor het nog nipt onder de 1%-grens bleef. Het niveau van 0,97% is het hoogste niveau sinds 2011. De Duitse 10-jaarsrente steeg tot boven de 1,5%. De rentes van de perifere landen stijgen nog harder. Het verschil tussen de 10-jaarsrente van Italië en Duitsland is inmiddels opgelopen tot 2,25%, het hoogste niveau sinds 2020. De ECB kondigde nog geen maatregelen aan om de oplopende renteverschillen in de eurozone aan te pakken. Wel gaf Lagarde aan de instrumenten beschikbaar te hebben en nieuwe instrumenten snel te kunnen ontwikkelen als dat nodig is.

Grondstoffen in de plus

Grondstoffen eindigden de week als enige categorie in de plus. Op basismetalen na eindigden alle subcategorieën met positieve rendementen. Basismetalen zijn gevoelig voor de afnemende vraag door de afzwakkende economische groei, terwijl agrarische goederen en energie momenteel vooral gevoelig zijn voor de aanbodbeperkingen. Opvallend was dat ook edelmetalen in de plus eindigden, ondanks de stijging van de Amerikaanse (reële) rente en van de Amerikaanse dollar. De Amerikaanse dollar steeg met 1,9% ten opzichte van de euro en zelfs met 2,7% ten opzichte van de Japanse yen. Omdat de Japanse centrale bank (BoJ) vasthoudt aan het ruime monetaire beleid en de Amerikaanse centrale bank (Fed) juist het beleid verkrapt, staat de waarde van de Japanse yen al langere tijd onder druk. Afgelopen week bereikte de koers van de Japanse yen ten opzichte van de Amerikaanse dollar het laagste niveau sinds 2002. Japanse beleidsmakers uitten hun zorgen over de scherpe waardedaling, waardoor interventie door de BoJ niet wordt uitgesloten.