Opvallend
Technologie onderuit
Amerikaanse renteverlaging in september
De Amerikaanse centrale bank (Fed) handhaafde volgens verwachting de beleidsrente in een bandbreedte van 5,25% - 5,50%. Fed-president Powell gaf wel aan dat een renteverlaging dichterbij komt. De inflatie daalt en de risico's voor de arbeidsmarkt nemen toe. De risico's zijn nu meer symmetrisch. De kans is groot dat de Fed de beleidsrente in september verlaagt. Zeker omdat later in de week bleek dat de Amerikaanse arbeidsmarktdata teleurstelden. Het aantal nieuwe banen groeide minder hard dan verwacht en het werkloosheidspercentage liep onverwachts op naar 4,3%. Een renteverlaging in september lijkt nu een zekerheid. Sterker nog, waar eerst uitgegaan werd van een renteverlaging van 25 basispunten, wordt nu een grotere kans toegedicht aan een rentestap van 50 basispunten. Op de rentemarkten wordt nu een rentetarief ingeprijsd voor het einde van dit kalenderjaar dat meer dan 1%-punt lager ligt dan het huidige niveau.
Amerikaanse rentedaling ingeprijsd
Bron: Bloomberg, Achmea IM
Divergerende beleidsrentes
Bron: Bloomberg, Achmea IM
Renteverhoging én -verlaging
De Japanse centrale bank verhoogde de beleidsrente onverwachts naar 0,25%. Voorheen gold een bandbreedte van 0,0% - 0,1%. De omvang van de renteverhoging is dus zeer beperkt, maar de Japanse centrale bank geeft hiermee een duidelijk signaal af. Ook de omvang van het opkoopprogramma van staatsobligaties wordt afgebouwd. Het optimisme groeit bij de Japanse centrale bankiers dat het economische herstel structureel van aard is en dat de periode van aanhoudende deflatoire tendensen ten einde is. Hierdoor kan nu ook in Japan begonnen worden met normalisatie van het monetaire beleid. De Bank of England verlaagde daarentegen de beleidsrente met 25 basispunten naar 5%. De beslissing was niet unaniem. Vijf leden stemden voor een verlaging, terwijl vier leden voor handhaving van het rentetarief waren. Deze close call geeft aan dat de centrale bankiers worstelen met de huidige macro-economische omgeving. De inflatie daalt, maar is nog steeds hoog en de daling stagneert. Tegelijkertijd willen centrale bankiers de economie ondersteunen door het monetaire beleid niet te lang restrictief te houden.
Forse correcties op de financiële markten
De acties van centrale banken, de Amerikaanse arbeidsmarktdata en bedrijfscijfers zetten afgelopen week de financiële markten stevig in beweging. Aandelenmarkten stonden onder druk na tegenvallend bedrijfsnieuws, waaronder van Intel. Vooral technologieaandelen moesten het ontgelden en leverden flink in (ruim -4%). Ook de Japanse aandelenbeurs kreeg een flinke tik en sloot de laatste dag van de week in het dieprood af (-6%). Per saldo bedroeg het totaalrendement voor aandelen ontwikkelde markten -2,5%. Risicovrije rentes kelderden flink. In eerste instantie na de renteverlaging van de Bank of England en de dovish Fed, maar vooral na de zwakker dan verwachte Amerikaanse arbeidsmarktdata. De Amerikaanse 10-jaarsrente daalde met 40 basispunten naar circa 3,8%. De Duitse evenknie daalde ruim 20 basispunten naar circa 2,2%. Ook de 2-jaarsrentes daalden flink in anticipatie op toekomstige renteverlagingen. De Japanse yen steeg fors in waarde ten opzichte van de euro (ruim +4%), terwijl de Amerikaanse dollar per saldo licht terrein prijs gaf (-0,4%). De olieprijs kende forse uitslagen als gevolg van de ontwikkelingen in het Midden Oosten, maar sloot de week in het rood af.