Centrale banken geven beleggers hoop
Centrale banken laten de beleidsrente ongemoeid
Afgelopen week stond in het teken van de van de laatste centralebankvergaderingen van het jaar. Onder andere de Amerikaanse Federal Reserve (Fed), de Europese Centrale Bank (ECB) en de Bank of England (BoE) vergaderden. Markten gingen er niet vanuit dat de rente zou worden veranderd. Het was vooral de toelichting van de centrale banken waar beleggers wijzer uit hoopten te worden. Allereest was het de beurt aan Fed-voorzitter Jerome Powell die (wederom) aangaf dat de strijd tegen inflatie nog niet is gestreden en de deur voor renteverhogingen nog altijd op een kier staat. Uit de dot plot, de renteverwachtingen van individuele Fed-bestuurders, bleek echter niemand hier vooralsnog rekening mee te houden. Men gaat zelfs al uit van 3 renteverlagingen in 2024. De ECB volgt het spoor van de Fed en handhaafde de beleidsrente. De ECB gaf daarbij aan dat de deur voor renteverhogingen niet volledig is gesloten, maar acht deze wel onwaarschijnlijk. Ook de Britse centrale bank hield de rente ongewijzigd, maar zit wel in een lastiger pakket, doordat de inflatie nog steeds flink te hoog is. De beleidsrente blijft naar verwachting voor langere tijd hoog en eventuele rate cuts lijken nog niet aan de orde.
De markt prijst renteverlagingen in
Bron: Bloomberg, Achmea IM
Inflatie zet dalende trend door
Bron: Bloomberg, Achmea IM
Inflatie valt steeds verder terug
In voorbereiding op de besluitvorming en communicatie van de centrale banken waren de ogen gericht op de laatste richtinggevende cijfers. Belangrijk waren vooral de Amerikaanse inflatiecijfers. De consumentenprijzen daar zijn in november met 3,1% gestegen ten opzichte van een jaar geleden. Ten opzichte van een maand eerder liep de inflatie met 0,1% iets op. De kerninflatie, inflatie zonder energie- en voedselprijzen, bleef rond de 4% liggen. Per saldo voldeden de cijfers aan de marktverwachting, en dat werd positief onthaald. De inflatiedaling vormt niet direct aanleiding voor de Fed om hierop te acteren. Beleidsmakers willen eerst zeker weten dat de inflatie stabiel richting de 2%-doelstelling tendeert. Belangrijk punt hierbij is de arbeidsmarkt, waar vraag en aanbod steeds meer in balans komen, maar die ook nog altijd kraptes kent. Ook elders in de wereld komt de inflatie steeds verder af. Volgens de Europese rekenmethodiek was in november de jaarlijkse inflatie in Duitsland 2,3%, in Frankrijk 3,9% en in Italië 0,7%. Ook in Japan, een land dat lange tijd gebukt ging onder een deflatoir regime, lijkt de inflatie verder af koelen. Naar verwachting komt de Britse inflatie uit op zo’n 4,4% en zet daarmee de dalende trend richting de 2%-doelstelling van BoE verder door.
Sentiment van Britse inkoopmanagers verrast positief
De economische vooruitzichten voor de eurozone zijn somber. De regio schurkt tegen een recessie aan. Het sentiment blijft zwak en wijst op verdere economische tegenwind. De S&P inkoopmanagersindex staat voor de zevende achtereenvolgende maand onder de 50 punten, een signaal dat duidt op economische krimp. De bekende zorgen in de maakindustrie zijn nog niet van tafel, en ook de dienstensector komt steeds verder onder druk te staan. De Amerikaanse en Britse indices staan er beduidend beter voor. Zo steeg de S&P Global UK Composite PMI boven verwachting tot 51.7. Ook in Azië hangt de vlag er anders bij. Het vertrouwen van inkoopmanagers in zowel Japan als China duidt op verdere economische expansie. Zeker nu de Chinese centrale bank met het grootste stimuleringspakket ooit, van 800 mld. yuan, de economie wil ondersteunen.