Recessiekans toegenomen
Inflatie blijft hardnekkig hoog
De inflatie in de eurozone is volgens de voorlopige cijfers in juni sterker dan verwacht gestegen. Jaar-op-jaar liep de geldontwaarding op van 8,1% naar 8,6%. Dit kwam vooral door de stijging van energie- en voedselprijzen. De kerninflatie, de inflatie zonder de energie- en voedselcomponenten, daalde tegen de verwachting in van 3,8% naar 3,7%. Regionaal was het inflatiebeeld wisselend. Zo stegen de Franse en Spaanse inflatie aanzienlijk harder dan verwacht. Deze liepen op van respectievelijk 5,8% naar 6,5% en van 8,5% naar 10% (EU geharmoniseerd). De Duitse inflatie viel daarentegen mee. Deze liep terug van 8,7% naar 8,2% jaar-op-jaar (EU geharmoniseerd), terwijl een lichte stijging verwacht werd. Ook de Amerikaanse inflatiecijfers vielen mee. Zo bleef de Amerikaanse inflatie gemeten aan de hand van de PCE deflator, de voorkeursmaatstaf van de Amerikaanse centrale bank (Fed), ongewijzigd op 6,3% jaar-op-jaar terwijl een lichte stijging verwacht werd. Ook de kernvariant van de PCE deflator kwam iets lager uit dan verwacht. Deze liep terug van 4,9% naar 4,7% jaar-op-jaar.
Inflatie eurozone hardnekkig hoog
Bron: Bloomberg, Achmea IM
Inflatieverwachtingen vallen terug
Bron: Bloomberg, Achmea IM
Centrale banken voeren (verbale) strijd tegen inflatie op
De Zweedse centrale bank (Riksbank) verhoogde de beleidsrente met 0,5% om de hoge inflatie onder controle te krijgen. De beleidsrente komt door deze rentestap op 0,75% en zal volgens de bank doorstijgen naar 'dichtbij' 2% begin volgend jaar. Daarnaast doet de Riksbank versneld obligaties van de hand die de afgelopen jaren zijn opgekocht. De ECB zal later deze maand waarschijnlijk de rente met een kleinere stap verhogen. Wel benadrukte ECB-voorzitter Lagarde afgelopen week dat ze niet zal aarzelen grotere stappen te zetten indien nodig om de inflatie te beteugelen. Ook Fed-voorzitter Jerome Powell benadrukte de noodzaak voor verdere monetaire verkrapping om de inflatie naar het niveau van de doelstelling te brengen. De boodschap van de centrale banken dat de inflatie koste wat kost bestreden zal worden, is op de financiële markten duidelijk overgekomen. Zo zakten de inflatieverwachtingen over de hele linie terug. De Amerikaanse 10-jaars break-even inflatie is inmiddels teruggevallen naar 2,4%, gelijk aan het niveau van voor de Russische invasie. In april lagen de inflatieverwachtingen nog boven de 3%. De Duitse 10-jaars break-even inflatie is inmiddels gedaald naar 2%. Ook deze bedroeg begin mei nog ongeveer 3%.
Kans op recessie gestegen
Door de versnelde monetaire verkrapping neemt de kans op een recessie toe. De economische cijfers wijzen weliswaar nog niet op een recessie, maar tonen wel duidelijk tekenen van afzwakking. Zo lieten afgelopen week verschillende indicatoren in zowel de Verenigde Staten als de eurozone een daling zien van het vertrouwen binnen het bedrijfsleven en van de consument. De inkoopmanagersindex van de Amerikaanse industrie daalde van 56,1 naar 53. De meest leidende component van deze index (‘new orders’) daalde tot onder de 50, wat op economische krimp duidt. De ‘GDPNow’ schatting van de Atlanta Fed, een niet officiële schatting van het bruto binnenlands product op basis van beschikbare cijfers, kwam uit op -1% op jaarbasis over het tweede kwartaal. Gegeven de economische krimp in het eerste kwartaal zou dit impliceren dat de Verenigde Staten (technisch) al in een recessie zit.