Verder volgens...
Fysieke klimaatrisico's niet 'top of mind'
Records die nog geen indruk maken
Tussen de Olympische, beurs- en goudrecords werd afgelopen zomer nog een ander record verbroken. Met een gemiddelde temperatuur in augustus van 1,51°C boven het pre-industriële gemiddelde, was de zomer van 2024 de warmste ooit gemeten. Wanneer wordt gekeken naar het gemiddelde van de afgelopen 12 maanden lag de temperatuur zelfs met een record van 1,64°C boven de gemiddelde temperatuur in de periode 1850-1900. De grens die in 2015 in het Parijsakkoord werd afgesproken – het beperken van de opwarming tot 1,5°C - is amper negen jaar later dus al gepasseerd.
En dat de opwarming van de aarde gevolgen heeft laat zich steeds beter merken. Periodes van extreme hitte en droogte worden afgewisseld door extreme neerslag en stormen. In 2021 werd Limburg getroffen door uitzonderlijke neerslag met grote overstromingen als gevolg. Het KNMI schat dat de weersomstandigheden die tot de overstromingen hebben geleid zich eens in de 1000 jaar voor kunnen doen. En ook het recente noodweer in Midden- en Oost-Europa zou zich maar eens in de 100 jaar voor moeten doen. Gaat het om toeval of om systematische veranderingen? Voer voor klimatologen die er ongetwijfeld over een aantal jaar een definitief antwoord op zullen geven.
Vanuit beleggingsperspectief is de volgende vraag interessanter: als er een verhoogd fysiek risico is, hoe zou dat dan mee moeten worden genomen in de beleggingskeuzes? Als markten, zoals vaak wordt verondersteld, efficiënt zijn, is het klimaatrisico dan niet al ingeprijsd? In dat geval zouden beleggingen met een hogere blootstelling aan de fysieke risico’s van klimaatverandering meer risico lopen, maar zou daar ook een hogere risicopremie tegenover staan. Dan is het een ouderwetse afweging tussen risico en rendement.
Uit verschillende onderzoeken blijkt dat fysieke klimaatrisico’s nog niet echt top of mind zijn bij menig belegger. Recent onderzoek naar de Amerikaanse aandelenmarkt laat zien dat beleggers zich nog vooral zorgen maken over transitierisico’s – het risico dat de energietransitie gaat leiden tot verliezen en faillissementen. Aandelenprijzen reflecteren dit risico tot op zekere hoogte. En dan gaat het met name om het risico van beleidswijzigingen op de korte termijn. Potentiële langetermijnconsequenties van het uitfaseren van fossiele brandstoffen lijken de belegger nog niet wakker te houden. En fysieke risico’s lijken ook geen rol van betekenis te spelen.
Een conclusie zou kunnen zijn dat markten voor nu de mogelijke toekomstige fysieke effecten beperkt achten dan wel te complex en onzeker om goed te verdisconteren. Daarnaast lijkt om politieke redenen op korte termijn een significante aanscherping van het klimaatbeleid niet waarschijnlijk. Beleggers kunnen zich maar beter druk maken om andere zaken, zo lijkt het. Maar wacht, je kan het argument ook omdraaien: kennelijk zijn bedrijven die minder fysiek klimaatrisico lopen niet duurder dan bedrijven die juist meer fysiek klimaatrisico lopen! Meer alloceren naar bedrijven met een laag fysiek klimaatrisico betekent dan, ceteris paribus, een vergelijkbaar verwacht rendement, terwijl het neerwaarts risico, als de volgende storm zich aandient, kleiner is. Een gratis klimaat-hedge dus!